The 3WE project investigates the processual well-being of female workers in foreign financed firms and farms in Ethiopia. Preliminary insights show that women view these jobs as a temporary solution until they transition to better jobs and self-employment. Their well-being is embedded in the social relationships within and beyond their workplace. Interviews with employers and managers indicate a widespread compliance culture to international standards on working conditions which comes at the expense of more effective investments in culturally sensitive foreign and local managers, human resource policy on worker retention and upskilling, and effective multi-stakeholder engagement.

When working, people are exerting effort and are exposed to demands that may induce stress. Recovering from these demands after work is therefore important to prevent stress reactions from building up and from affecting their health and well-being. This research investigates what kind of after-work activities are optimally suited to recover from the demands of work. In doing so, the project considers that the optimal recovery activity likely depends on the person and the work they perform. Therefore, a personalized and adaptive intervention approach is developed.

Meditation carries many benefits for well-being. However, it is a skill that is hard to learn, and many people quit early in training. Being able to see the activity of one’s brain areas related to mind wandering allows learning to control these areas, facilitating the learning process. This is usually done using functional magnetic resonance imaging (fMRI), a costly technique with limited accessibility. This project will use a much more accessible technique, functional near-infrared spectroscopy (fNIRS) to accelerate early meditation training by stimulating self-efficacy in controlling mind wandering in novice practitioners.

Het hoger onderwijs in Nederland heeft te maken met een reeks aan recente innovaties in onderwijs en leren: learning analytics, gepersonaliseerde leerpaden, flipped classrooms, competentiegericht leren, samenwerkend leren in interdisciplinaire projecten, challenge-based leren, en technologie-ondersteund leren, zijn hier maar een paar voorbeelden van. Deze innovaties vereisen andere rollen van docenten. Bij de introductie en evaluaties van deze innovaties wordt echter zelden meegenomen wat docenten leren en welke vaardigheden, kennis, visies en identiteit zij zich (moeten) eigen te maken. Onderzoek naar professioneel leren en ontwikkelen van docenten in het hoger onderwijs staat wat dat betreft nog in de kinderschoenen. In de praktijk wordt een brede variëteit aan professionaliserings-activiteiten ingezet, zoals workshops, onderzoek door docenten, leren door reflectie, peer coaching, ‘scholarship of teaching and learning’ programma’s, lesson studies, leergemeenschappen en netwerkleren. Een solide kennisbasis, geworteld in onderzoek over òf, hoe en waarom verschillende aanpakken werken in verschillende contexten, ontbreekt echter. Bovendien staat onderzoek naar de professionele ontwikkeling van docenten meestal los van onderzoek naar het leren van studenten. In dit onderzoeksvoorstel richten we ons op de vraag òf, hoe en waarom verschillende benaderingen van professioneel leren en ontwikkelen van docenten werken voor verschillende innovaties, contexten en populaties. We doen dit door een literatuurstudie, een brede en diepe analyse van bestaande cases, en interventies, waarbij gegevens over de innovatie(context), docentactiviteiten, ondersteuning van docenten, het leren van docenten en effect op studenten worden verzameld.